Liegt je auto over zijn verbruik?
Hoe vaak heb je de artikels niet gelezen dat automerken je in de maling namen wanneer zij het hebben over het gemiddeld verbruik van een wagen. In het verleden werden ze systematisch verdacht om moedwillig leugens te verspreiden. Milieu-organisaties sprongen hier gretig op de kar en kaartten die praktijken aan. Maar sinds vorig jaar 1 september 2018 liegt je wagen niet meer over het verbruik. In deze blog lees je hoe dat komt. Vier letters zijn hiervoor verantwoordelijk: WLTP. Tekst en uitleg lees je hieronder.
De meetcyclus is veranderd
De automerken zaten vroeger niet verlegen voor een leugentje meer of minder over het gemiddelde brandstofgebruik. Het werd als vanzelfsprekend aangenomen dat je er nooit in slaagde de statistische cijfers van de autofabrikanten te kunnen evenaren. Een paar liter meer verbruik, die aangegeven werd in de catalogus van het automerk, was eerder regel dan uitzondering. Nochtans was dit niet het gevolg omdat de autofabrikanten massaal boerenbedrog pleegden. Wel omdat ze volgens een wereldwijde gestandaardiseerde meetcyclus moesten werken. De norm die NEDC heet en die een volledig vertekend beeld gaf. Het grootste probleem was met die meting dat alle testen in een laboratorium gebeurde en totaal niet strookte met de realiteit.
De ommezwaai sinds 1 september 2018
Vanaf 1 september 2018 werd een nieuwe koerswijziging uitgevoerd. De parameters van NEDC werden overboord gegooid. Een nieuwe test zag het levenslicht: de zogenaamde WLTP-norm. Nu wordt er meer rekening gehouden met alledaagse rij omstandigheden. De parameters die worden gebruikt benaderen de werkelijkheid. Maar honderd procent zekerheid kan deze nieuwe meting ook niet geven.
Hoe kan je zelf de test doen over het verbruik?
De belangrijkste factor die meespeelt is de rijstijl. Dat hangt af van individu tot individu. Hieronder enkele tips hoe je het verbruik kan benaderen die wordt opgegeven door het automerk.
Trek niet snel op in de eerste versnelling
De eerste versnelling is de grootste gulzigaard bij het brandstofverbruik. Druk de gaspedaal nooit te bruusk in. Ook in de andere versnellingen mag je niet te roekeloos versnellen.
Cruisecontrol is ideaal op de autoweg
Op de autoweg kan je best een bepaalde snelheid aanhouden. Bijvoorbeeld 120 in plaats van te schommelen tussen 110 en 130 kilometer per uur. Wanneer je over een cruisecontrol beschikt, kan je best dit inschakelen om het brandstofverbruik zuinig te houden.
Denk vooruit tijdens het rijden
Wanneer je te vaak op de remmen gaat staan, verbruik je automatisch veel energie. Keer op keer moet je gas bijgeven. Denk daarom beter vooruit op bepaalde verkeerssituaties. Zie je bijvoorbeeld in de verte een rood of oranje licht, haal dan meteen de voet van het gaspedaal en laat je auto uitrollen zonder dat je de versnellingspook in een neutrale stand zet. Hetzelfde geldt ook voor het nemen van bochten. Zorg dat je geen gas geeft tot het laatste ogenblik om dan brutaal te remmen, maar bol uit zonder te remmen door de bocht. Op de snelweg hou je best voldoende afstand indien je voorligger de snelheid vermindert, zodat je de verkeerssituatie goed kan inschatten.
Hou je toerental in de gaten
Hoe hoger je toerental is, hoe meer dat je verbruikt. Hou daar rekening mee. Schakelen bij de wagens van vandaag doe je het beste tussen de 2000 en 3000 toeren. Vroeg schakelen is iets wat je na een tijdje kan leren.